Onze opleidingen jouw toekomst
De agrifoodsector is erg belangrijk voor de economie van de provincie Limburg. Deze sector wordt geconfronteerd met de transities die noodzakelijk zijn om ook in de toekomst over een gezonde en toekomstbestendige land- en tuinbouwsector te kunnen beschikken, zoals de eiwittransitie (gezonde 9 voeding en eiwittransitie van landbouw en veeteelt naar alternatieve eiwitbronnen) en de beweging naar circulair, ‘no waste’ en korte kringlopen vanuit een duurzaam gesloten levenscyclus.
De huidige manier waarop voedsel geproduceerd wordt, heeft gevolgen voor onze leefomgeving, de landschappelijke kwaliteiten en bijvoorbeeld de bodemdiversiteit en legt een druk op het voortbestaan van boeren. De noodzakelijke transitie van de landbouw om op alle uitdagingen een antwoord te geven, is een complexe en brede maatschappelijke opgave. Dit vergt een gezamenlijke aanpak van overheid en stakeholders. Ook heeft dit consequenties voor de rol van de agrarisch ondernemer. Deze zal moeten gaan ondernemen in grotere transparantie, veranderende ketenrelaties, ontwikkelende organisatievormen, bedrijfsmodellen, verdienmodellen en financieringsmodellen en een toenemende externe oriëntatie. En bij dit alles hebben zij in hun bedrijfsvoering direct te maken met biodiversiteit. Als regio hebben we daar ook op andere vlakken een verantwoordelijkheid in.
Om deze sector te verduurzamen is het principe van de korte ketens een middel om op een duurzamere wijze te ondernemen. Door gebruik te maken van lokale producten en eerlijke prijzen kunnen we een regionaal voedselsysteem stimuleren waarbij lokaal ingekocht kan worden door horecaondernemers maar zeker ook burgers zelf.
Voor de transitie naar natuurinclusieve landbouw constateert men een gebrek aan kennis rondom biodiversiteit en een duurzame leefomgeving. Enerzijds hebben de ondernemers in de agrifood sector de mogelijkheid om een bijdrage te leveren aan het creëren van een betere leefomgeving voor bedreigde soorten, die bovendien essentieel zijn voor de eigen economische activiteit, zoals bijen en andere bestuivers. Anderzijds doet de vraag zich voor hoe kun je het gebied kunt delen met potentieel bedreigende soorten zoals bijvoorbeeld wilde zwijnen of de wolf, zonder dat de bedrijfsvoering schade van deze soorten ondervindt en zonder dat deze soorten schade van de economische activiteit ondervinden.
De uitdaging is om samen te leven zonder overlast aan elkaar te veroorzaken. Onderzoek en kennisdeling over de juiste aanpak voor een duurzame transitie van de landbouw is een van de grootste maatschappelijke opgaven en is essentieel om de unieke waarden van het Middengebied/ Heuvelland te behouden, te beheren en te ontwikkelen. Anders boeren is noodzaak en ook een kans. De landbouw in het middengebied moet zich vernieuwen in nieuwe uitdagende richtingen. De Nationale landbouwtransitie moet in Zuid-Limburg een unieke middengebied signatuur krijgen met de agrariër als duurzaamheidsgids in een omgeving die streeft naar zelfvoorzienendheid (streekproducten en korte ketens).